18 maart t/m 16 april 2011
Het nieuwe werk van Margriet van Weenen, Raise your flag, declaire independance, was gebaseerd op het concept dat elke vorm een keer terugkeert, maar in een andere samenstelling. Een thema in haar werk is materialisatie; het belang en de emotie die we toekennen aan objecten, maar ook de dualiteit in het materiële en het geestelijke, constructie en deconstructie en de conservering van onze geschiedenis. Daarbij stond niets in deze tentoonstelling op zichzelf, de objecten gingen met elkaar relaties aan, functioneerden in hun omgeving.
&010;
“Van Weenens soms wat duistere werk doet denken aan een geobjectiveerde vorm van Nietzsches ‘Ewige Wiederkehr’ en de tentoonstelling kreeg daarmee tevens een antropologisch karakter. Ontdaan van een reële absoluutheid werden de werken in relatie gebracht tot het standpunt van de mens die ze poneert, de mens als een zichzelf bepalend wezen en vrij tot autonome waardeschepping.
Nietszche spreekt ook van het fundamenteel tragische karakter van de werkelijkheid en het kost weinig moeite om dat in het werk van Van Weenen te herkennen. Toch schept het werk, de schoonheid en de uitgebalanceerde opstelling, ook vreugde. Een tegenstelling die zich verenigt in het ‘amor fati’.
Want terwijl erkenning van ‘een deel’ de erkenning van ‘het geheel’ impliceert dat dit deel mogelijk maakt, is anderzijds een strijdbare overgave hieraan realistisch. Anders gezegd, een object kan zichzelf onmogelijk buiten de tentoonstelling plaatsen, het neemt er noodzakelijkerwijs deel aan en moet zijn plek daarbinnen bevechten, moet als zelfstandig onderdeel de blik van de beschouwer weten te vangen. Het singuliere object is deel met het geheel (de tentoonstelling) en is er identiek aan. Daarmee heeft het singuliere ‘individuele’ object zichzelf radicaal overwonnen en is daarmee rijp voor de idee van de Ewige Wiederkehr, “dass man Nichts anders haben will, vorwärts nichts, rückwärts nicht, in alle Ewigkeit nicht”.
Zo kunnen we Margriet van Weenen (het scheppen van) een ‘Herrenmoral’ toedichten; niet in de vulgair Nietzscheaanse interpretatie, maar in de goede zin des woords: individueel, eigenzinnig en wars van huigelachtige conventies.
Bij haar tentoonstelling refereerde van Weenen aan een songtekst van Björk, De Haai en de Vlag: “… in lagen van kunstmatigheid ligt de natuur …” Een kunstmatigheid die zij met haar kunst misschien niet heeft overwonnen, maar er op zijn minst moedig een eigen draai aan heeft gegeven.” (Adrie Krijgsman)